Basiskennis Fotografie Les 8: Camera witbalans

Hierboven kunt een andere les kiezen

Basiskennis Fotografie: Les 8 Camera witbalans

1. Hoe werkt camera witbalans?

Het is je vast wel eens gebeurd dat je bij het fotograferen binnen een hele gele gloed over je foto kreeg. De kleuren zagen er onecht uit en het wit was gelig geworden. Dit heeft te maken met de kleurtemperatuur van de lichtbron waarmee je fotografeert en hoe dit licht op de camera valt. Gelukkig is dit vrij eenvoudig, al in de camera, te corrigeren. Voor we naar de witbalans instelling van de camera kijken, vertel ik eerst iets meer over de witbalans kleuren.

De witbalans wordt aangeduid in de maat Kelvin. Als er warm licht schijnt op je onderwerp, bijvoorbeeld kunstlicht, dan zorgt de witbalans-voorkeuze Kunstlicht 3200K, (een hogere Kelvin-waarde) voor meer blauw (Koelere kleuren)in je foto. Daardoor wordt het 'warme' licht weer 'wit'. De zonneschijn midden op de dag staat gemiddeld gelijk aan 5600 Kelvin. Hoe lager de Kelvin-waarde, hoe roder de foto is en hoe hoger de Kelvin-waarde is, hoe blauwer. Maak je foto's met bewolkt weer? Grote kans dat je foto's blauwer uitvallen dan normaal. Door de Kelvin-waarde te verlagen, wordt er meer rood toegevoegd aan je foto waardoor het beeld weer warmer wordt. De drie primaire kleuren vormen in de sensor het witte licht dat we midden op de dag zien (niet Rood, geel en blauw, maar Rood, Groen en Blauw = RGB). Afhankelijk van de belichting komen deze kleuren in verschillende verhoudingen voor, waardoor de foto die rode of juist blauwe gloed krijgt. In het bovenstaande schema vind je de Kelvin-waarde met de bijbehorende lichtsituaties.

De bedoeling van het gebruik van de witbalans is dat je de kleuren in de foto corrigeert rekening houdend met het licht waarin de foto genomen is. Niet alle types licht leveren dezelfde types kleurverdeling op in het lichtspectrum. Omdat onze hersenen de verschillende kleuren automatisch compenseren zien we dat niet altijd. Omdat we weten dat een vel papier wit is, zien we het ook als wit. Een camera is hier veel gevoeliger voor. Daardoor kan het gebeuren dat ondanks dat we wit TL licht zien, de camera een blauwe waas over de foto legt. Gloeilampen produceren vooral licht in het gele en rode deel van het spectrum en daarom krijg je geel-oranje foto's als je binnen zonder flits gaat fotograferen. Met de witbalans stellen we dus in, welke delen van de foto echt wit zijn en wat dus de neutrale kleur van de foto is.

2. Witbalans instellingen

In de bovenstaande afbeelding zie je de witbalansinstellingen met de bijbehorende kleurtemperatuur.

Bij de analoge fotografie werd het verschil van de kleurtemperatuur gecompenseerd door verschillende types film of filters te kiezen. In het digitale tijdperk is dat veel makkelijker aan te passen omdat je door de witbalans-stand op je camera te kiezen deze kleuren kunt compenseren. We vertellen daarmee aan de camera welk object van de foto wit is en de camera berekent dan het verschil tussen de kleurtemperatuur op het object en de neutrale waarde die het zou moeten bevatten en compenseert alle onderdelen van de foto met dat verschil.

Als een foto bijvoorbeeld in de schaduw genomen wordt, valt er meer blauw licht op de sensor en zal, als je schaduw als witbalansinstelling hebt gekozen, de camera het blauwe licht gedeeltelijk compenseren door meer rood toe te voegen, zodat er een neutrale foto uit komt. Als het licht van een gloeilamp de boventoon voert, betekent dit dat geel licht de boventoon voert en dat er minder blauw en ook minder groen licht op de sensor valt (van RGB, Rood Groen Blauw). Dan zal de camera hier rekening mee houden en koeler licht toevoegen (blauw), waardoor de foto er toch redelijk normaal uit komt te zien en de witte delen echt wit zijn.

3. Verschillende witbalansinstellingen

Op de bovenstaande foto zie je de witbalansinstellingen van een Canon 760D.

Vrijwel elke camera kan automatisch de witbalans regelen, maar tegenwoordig is het op alle camera’s mogelijk om de witbalans ook handmatig in te stellen. Meestal is de automatische witbalans van je camera prima in staat om de witbalans correct in te schatten onder normale daglichtomstandigheden. Soms is het echter nodig om de witbalans handmatig te bepalen. Als je gaat fotograferen met studiolampen, dan is het beter om zelf de witbalans te regelen. Om dat wat gemakkelijker te maken, zijn er op de meeste camera's verschillende voorinstellingen te vinden om de witbalans aan te passen. De witbalansinstellingen staan hieronder aangegeven.

4. Automatische witbalansinstelling

De camera bepaalt in deze stand de witbalans zelf. Dat is handig als je niet precies weet wat witbalans is en hoe je die moet gebruiken. Sommige fotografen laten de witbalans juist bewust hier op staan als ze fotograferen in RAW, zodat ze de witbalans later aan kunnen passen zoals ze dat willen.

Op de bovenstaande foto zie je de AWB, Automatische Witbalans Instelling, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je selecteren als je niet precies je witbalans weet.

5. Daglicht

Daglicht is de stand waarop je de camera in kunt stellen wanneer je buiten gaat fotograferen. Helaas kan deze stand er nog wel eens naast zitten, omdat niet iedere daglichtsituatie hetzelfde is. De kleur van het licht is midden op de dag anders als in de morgen of de avond. In de morgen of de avond krijgen we dat mooie rode licht te zien. Waar komt dat rode licht vandaan? Tijdens de route naar de aarde wordt het zonlicht in de atmosfeer verstrooid en gebroken door de aanwezigheid van waterdamp of stofdeeltjes. Daardoor wordt het van nature witte zonlicht in verschillende kleuren ontleed. Doordat de atmosfeer het licht naar alle kanten verstrooit, geeft dat de lichtblauwe kleur die we te zien krijgen als we naar de hemel kijken, omdat blauw licht veel meer verstrooit dan rood licht. Daarom zien we het rode gedeelte van het licht overdag niet. Omdat tijdens de zonsopkomst en zonsondergang de zon laag aan de hemel staat, moeten de stralen van de zon een lange weg door de atmosfeer afleggen om bij de aarde te komen. Deze langere weg zorgt voor nog meer verstrooiing van het blauwe licht. Als het licht ons bereikt, is er niet alleen al zoveel blauw licht maar zijn ook bijna alle andere kleuren verstrooid dat alleen het oranje en rood overblijft waardoor de lucht rood kleurt. Je dan ziet dan eerst een geel-oranje kleur en later alleen nog maar rood.

Op de bovenstaande foto zie je de Daglicht Instelling, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je selecteren bij daglicht. Je ziet dat op het scherm aangegeven wordt dat deze instelling voor opnames buiten onder heldere luchten is. De aangegeven kleurtemperatuur is 5200K.

6. Schaduw

De schaduwpartijen zorgen vaak voor een koele, blauwere belichte, foto. Door echter de witbalans op de schaduwstand te zetten, worden de donkere schaduwkleuren wat warmer gemaakt.

Op de bovenstaande foto zie je de Schaduw Instelling, van een Canon 760D camera. Je kunt deze keuze selecteren voor schaduwfoto's. Op het scherm wordt aangegeven dat deze instelling voor opnames in de schaduw is. De aangegeven kleurtemperatuur is 7000K.

7. Bewolkt

Als je gaat fotograferen op een bewolkte dag, dan komt deze stand goed van pas. Het licht is vaak gelijkmatig van eenzelfde kleurtemperatuur en de bewolking werkt als het ware als een grote softbox. Als je in de herfst foto's gaat maken dan komt deze stand natuurlijk ook goed van pas. Door je camera op deze stand in te stellen, komen de mooie herfstkleuren nog beter uit.

Op de bovenstaande foto zie je de Instelling Bewolkt, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je maken bij een bewolkte dag of bij zonsondergang. Je ziet dat op het scherm aangegeven wordt dat deze instelling gebruikt kan worden voor bewolkte dagen en bij zonsondergang. De kleurtemperatuur is 6000K.

8. Kunstlicht

Deze stand is ideaal als je binnen in huis gaat fotograferen waar gloeilampen aanwezig zijn. De witbalansinstelling kunstlicht voegt meer koelere kleuren toe, waardoor het licht minder oranjerood wordt.

Op de bovenstaande foto zie je de Flitser Instelling, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je selecteren het gebruik van een flitser. Je ziet dat op het scherm aangegeven wordt dat deze instelling voor opnames binnen bij kunstlicht is. De kleurtemperatuur is met 3200K een stuk lager. Kaarslicht geeft echter nog een lagere kleurtemperatuur 1000K tot 2000K.

9. Fluorescerend

Ga je in bedrijfsgebouwen fotograferen dan komt deze instelling goed van pas. In veel van die gebouwen is TL-lichtaanwezig. Deze instelling maakt het koude TL-licht iets warmer.

Op de bovenstaande foto zie je de Wit TL licht Instelling, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je selecteren voor het fotograferen bij TL-licht. Je ziet dat op het scherm aangegeven wordt dat deze instelling voor opnames binnen bij wit TL-licht is. De aangegeven kleurtemperatuur is 4000K.

10. Flits

Als je een foto maakt met een flitser op je camera dan kan je foto er wat 'koeler' en 'blauwer' uitzien. Door deze stand in te stellen wordt dit licht gecompenseerd.

Op de bovenstaande foto zie je de Flitser Instelling, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je selecteren het gebruik van een flitser. Je ziet dat op het scherm aangegeven wordt dat deze instelling voor opnames binnen bij wit TL licht is. De kleurtemperatuur is met 5000K tot 5500K, deze kleurtemperatuur komt ongeveer overeen met de kleurtemperatuur van daglicht 5200K.

11. Handmatig

Deze instelling is te gebruiken wanneer je zelf de witbalans hebt bepaald door gebruik te maken van een grijskaart, een wit vlak of een ExpoDisc Witbalansfilter.

Op de bovenstaande foto zie je de (Custom) Handmatige witbalansinstelling, van een Canon 760D camera. Deze keuze kun je selecteren als je gebruik maakt van een grijskaart of een Expodisc filter. Je ziet dat op het scherm aangegeven wordt dat deze instelling de kleuren aanpast op basis van aangepaste witbalansgegevens.

Welke van de voorgaande instellingen je ook gebruikt hebt, vergeet niet je voorinstelling weer te veranderen als je in andere omstandigheden gaat fotograferen, anders krijgen je foto's niet de gewenste kleuren. Wanneer je binnen hebt gefotografeerd en je gaat naar buiten, dan moeten de instellingen worden omgezet naar Daglicht of Bewolkt, afhankelijk van de weersomstandigheden.

12. Grijskaart

Met behulp van een neutrale grijskaart (18% grijs) of een witte kaart kunnen we de camera helpen met de juiste witbalansinstelling. De meeste geavanceerde camera's hebben een mogelijkheid om de witbalans handmatig in te stellen (dus niet via de voorgeprogrammeerde opties). Je kunt het bepalen van de witbalans aan de camera zelf overlaten, maar je kunt het ook zelf doen met behulp van een grijskaart. Bij het maken van de foto moet de grijskaart in het beeld opgenomen worden. Dat hoeft niet middenin de foto te zijn als de kaart maar op de foto zichtbaar is en er hetzelfde licht opvalt als op het onderwerp. Je moet er wel op letten dat er geen schaduw of reflectie op de grijskaart valt. De eerste foto maakt u dan met de grijskaart in beeld. Dat wordt straks het referentiepunt voor de software die u gebruikt. Bij de volgende foto's mag je de grijskaart weglaten.

Wat je ook kunt doen is, een foto maken van je grijskaart door je camera te richten op de grijskaart (die schuin wordt gehouden, zodat het licht van de omgeving op de kaart kan vallen) er heel het beeld mee vullen en er vervolgens een foto van te maken. Vervolgens druk je op de witbalans knop om de foto van de grijskaart te selecteren, waardoor vanaf dat moment elke foto met die waarden gecompenseerd wordt. (kijk hiervoor eventueel in de handleiding van je camera).

13. Expodisk filter

Wat je met een Grijskaart doet kan nog makkelijker met een expodisc filter gedaan worden. Het ExpoDisc 2.0 witbalans filter is een witbalansfilter dat voor op het objectief wordt geplaatst en gebruikt wordt om een handmatige witbalans in te stellen op de camera. Het is een neutraal diffusiefilter dat omringend licht verzamelt en passief 18% doorgeeft aan de lichtmeter van uw camera. De meeste nieuwe digitale camera’s hebben tegenwoordig een handmatige witbalans, ook de compact camera’s. Let er wel op dat je bij veranderende lichtomstandigheden de procedure weer moet herhalen. Dat geld voor een grijskaart, maar ook voor een ExpoDisk filter.

14. Hoe te gebruiken

Een Expodisk witbalans filter gebruik je door eerst de schakelaar op de lens op MF (handmatig) i.p.v. AF in te stellen. (nadien niet vergeten de lens weer op AF te zetten). In plaats van een grijskaart of een vel wit papier te gebruiken, houdt u vervolgens het ExpoDisc 2.0 Witbalans filter voor de lens en maakt een foto. U krijgt daarmee als het ware een afdruk van de juiste witbalans. Deze foto selecteert u daarna in de camera als de handmatige witbalans. Daarna maakt u de foto’s, met deze geselecteerde witbalans maar zonder het filter nog een keer te gebruiken.

15. Allround te gebruiken

Het ExpoDisc Witbalans filter bestaat uit prismatische delen die het licht uit een hoek van 180 graden opvangen. Elke ExpoDisc is vooraf gekalibreerd en gemeten voor een nauwkeurige witbalans meting. Het filter kan vast geklikt worden aan het objectief. Als de diameter tussen filter en lens niet overeenkomen kan het filter eventueel ook gewoon tegen de lens gehouden worden. Dit betekent ook dat je niet voor elke lens een aparte ExpoDisc hoeft aan te schaffen. Neem het formaat van je grootste diameter en de ExpoDisc past op alle lenzen.

Het is soms wel wat lastig om elke keer die instelling te moeten doen, dus op je camera heb je ook al vooringestelde waarden. Zonlicht, bewolkt, schaduw, gloeilamp licht, etc. Afhankelijk van de omstandigheden geef je de compensatie aan. Over het algemeen zullen de witbalans instellingen al een redelijke correctie opleveren, maar het resultaat zal niet altijd perfect zijn. Niet alle lichtomstandigheden zijn namelijk hetzelfde, avondzonlicht is anders dan zonlicht overdag, gloeilampen geven verschillende kleuren afhankelijk van het merk en de leeftijd van de lamp, etc. Het wordt ook wat lastiger bij licht van twee lichtbronnen, je moet dan kiezen voor een lichtbron of je moet een waarde ergens in het midden kiezen.

Deze foto van rood bekertjesmos is door mij gemaakt in de Drunense duinen met de Diafragma-voorkeuze. Diafragma f/18; Sluitertijd 1 sec; ISO 100; Brandpuntafstand 100 mm. Ik heb hierbij gebruik gemaakt van een macrolens en een statief om te voorkomen dat ik beweging in de foto zou krijgen. De witbalans stond ingesteld op daglicht.

Op bovenstaand foto zie je wat er gebeurt als de witbalans ingesteld staat op kunstlicht. Van de kleuren in de foto klopt helemaal niets meer, er zit te veel blauw in de foto. Je ziet hier dat het heel belangrijk is om de juiste witbalans te gebruiken. Diafragma f/18; Sluitertijd 1 sec; ISO 100; Brandpuntafstand 100 mm. Ik heb gebruik gemaakt van een macrolens en ook hier heb ik weer een statief gebruikt om te voorkomen dat ik beweging in de foto zou krijgen. De witbalans stond ingesteld op kunstlicht.

16. Bewerken

Mocht de kleurtemperatuur van de foto je niet bevallen dan kun je aanpassingen maken aan de witbalans. Dit kan in een digitaal fotobewerkingsprogramma zoals de Adobe RAW en DNG Converter, Photoshop of Lightroom. Een fotobewerkingsprogramma werkt het beste als je de foto’s in het RAW-formaat hebt geschoten, dan kun je heel erg veel wijzigingen toepassen zonder dat de foto er slechter uit komt te zien. In Jpeg is dat heel wat lastiger omdat je bij Jpeg niet meer de mogelijkheid hebt om de juiste witbalans door aan te klikken in te stellen, terwijl dat bij RAW wel het geval is. Je hebt bij Jpeg wel de ruimte witbalans aanpassingen te maken voordat je aan de kwaliteit van de foto inlevert, alleen is het heel wat lastiger dan bij een RAW bestand. Let trouwens op, in bijvoorbeeld Lightroom heeft Adobe de schaal weer omgedraaid, een hogere waarde geeft meer warmer licht aan (geler).

Deze foto van een kleine klaproos heb ik gemaakt met een zwarte achtergrond en een 100 mm macrolens. De instellingen die ik gebruikt heb zijn, Diafragma f/4.5; Sluitertijd 1/25 sec; ISO 100; Witbalansinstelling Flits; Brandpuntafstand 100 mm.

17. Creatief

De witbalans kan er soms voor zorgen dat je foto's te verkeerde kleur krijgen maar ondanks dat biedt het ook opties om creatief bezig te zijn met licht. Jo kunt daardoor zelf bepalen of je de foto's meer warmte mee wilt geven of ze juist wat koeler wilt laten lijken. Zoals met alle handmatige instellingen in de fotografie kunnen we de opgedane kennis creatief inzetten om mooie effecten in de foto's te bereiken. Als je een zonsondergang gaat fotograferen, kan het mooi zijn om de rode kleuren meer aan te zetten en de blauwe kleuren er nog meer uit te filteren. Of je kiest er juist voor om bij zonsondergangen expres schaduw in te stellen bij het nemen van de foto zodat het blauwe licht er nog meer wordt uitgefilterd en de foto juist meer naar rood neigt. Wanneer je een verlaten bedrijfshal gaat fotograferen, dan kan het net weer mooi zijn om je foto 'koeler' te laten ogen. Als je achteraf de witbalans nog aan wilt passen, fotografeer dan in RAW. Op die manier kun je zelf bepalen welke sfeer je de foto's wilt meegeven.

18. Conclusie

Hoewel de automatische witbalans instelling over het algemeen prima zijn werk zal doen bij het fotograferen, zowel binnen als buiten in de verschillende lichtomstandigheden. Dan nog ben je misschien niet altijd tevreden over de lichttemperatuur. Je kunt dan een van de voorkeursinstellingen kiezen. Bevalt het je dan nog niet, dan kun je er altijd nog voor kiezen om een meting te doen met een ExpoDisk filter of een bewerking uit te voeren in een grafisch foto-bewerkingspakket. Vergeet vooral niet veel te experimenteren en onorthodoxe instellingen te kiezen. Met een kleine verandering van de witbalans kan de hele sfeer van de foto ten gunste veranderen.